Klimaatbeleid

Mens en klimaat

In 2050 moet Nederland klimaatbestendig zijn, zo is het streven. In het rapport Mens en klimaat. De kracht van sociale infrastructuur bij adaptatie betoogt de WRR dat Nederland klimaatbestendiger wordt wanneer de overheid niet alleen fysieke maatregelen neemt, maar ook inzet op sociale infrastructuur die mensen naar elkaar laat omkijken, hun onderlinge vertrouwen verhoogt, en handelingsperspectief biedt.

Nederlanders hebben te maken met een veranderend klimaat. Meer hitte, droogte, hevige neerslag en een stijgende zeespiegel kunnen de samenleving ontwrichten. De impact van een klimaatgebeurtenis reikt verder dan schade en slachtoffers. In het slechtste geval verliezen mensen hun vertrouwen in de overheid en elkaar, raken gemeenschappen onthecht en neemt armoede toe. Een klimaatgebeurtenis kan dus fysieke én sociale gevolgen hebben. Andersom bepaalt de sociale context voor een deel hoe goed mensen met klimaatgebeurtenissen kunnen omgaan. Wie een sterk netwerk heeft of over voldoende middelen beschikt, komt doorgaans minder snel in de problemen en herstelt sneller. Voor deze sociale factoren is in het Nederlandse adaptatiebeleid te weinig aandacht. De focus ligt op fysieke beschermingsmaatregelen. Die zijn essentieel, maar niet voldoende.

Momenteel werkt de WRR aan een publicatie waarin de thematiek uit het rapport nader wordt beschouwd voor het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden.

Het advies Mens en klimaat.  De kracht van sociale factoren bij adaptatie werd op 22 mei 2025 gepubliceerd en aangeboden aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat.

​​​​​​​Klimaatrechtvaardigheid

Het project Klimaatrechtvaardigheid gaat over rechtvaardige verdelingen van de lasten als gevolg van het Nederlandse klimaatbeleid. We voelen allemaal aan dat, wanneer dit niet rechtvaardig gebeurt, dit kan leiden tot maatschappelijke weerstand en ondermijning van het draagvlak voor het klimaatbeleid. Maar wat precies ‘rechtvaardig’ is, vinden we doorgaans moeilijk te beantwoorden. Precies dit wilden we verduidelijken in ons project. We keken daarbij in het bijzonder naar de verdeling van de koolstofreductie-opgave, naar de verdeling van de kosten van de energietransitie, naar de kosten van waterveiligheid en naar de schade als gevolg van extreem weer.

Er zijn verschillende manieren om die verdelingen op een rechtvaardige manier aan te pakken en om het gesprek erover aan te gaan. Dit kan worden begrepen vanuit het perspectief van verdelingsbeginselen, zoals de ‘vervuiler betaalt’ en de ‘sterkste schouders dragen de zwaarste lasten.’ Van dit soort beginselen hebben we er tien beschreven. De keuze voor een bepaalde verdeling wordt niet altijd expliciet of bewust gemaakt. Hiermee komt de uitlegbaarheid van het klimaatbeleid en de lastenverdeling tussen huishoudens en bedrijven onder druk te staan. Met dit project hebben we verdelingsbeginselen expliciet gemaakt, waardoor we een transparante discussie kunnen voeren over de vaak pijnlijke verdelingen van de klimaatlasten. Dit hebben we gedaan door te vertrekken vanuit de ethiek en de politieke filosofie en door een aantal casussen in het beleid rondom mitigatie en adaptatie te beschrijven. We hebben dit aangevuld met onderzoek in hoeverre burgers verdelingen ook daadwerkelijk als rechtvaardig ervaren. Met deze aanpak wilden we rechtvaardigheid en uitlegbaarheid van de lastenverdeling als nieuwe pijler van het klimaatbeleid introduceren.

Het rapport Rechtvaardigheid in klimaatbeleid. Over de verdeling van klimaatkosten is op 16 februari 2023 gepubliceerd. 

De publicatie Justice in Climate Policy. Distributing Climate Costs Fairly is ook in het Engels verkrijgbaar en gratis te downloaden (als ebook) of als hardcover boek te bestellen via de internationale uitgeverij Springer.

Waarom deze onderzoeken?

Aanleiding voor het project Klimaatrechtvaardigheid was een verzoek van het kabinet om een advies over verdelingsvraagstukken van klimaatgerelateerde risico’s. Dit volgde op de Initiatiefnota “Van oliedom naar gezond verstand: verduurzaming van de financiële sector” (Kamerstuk 35 446, Vergaderjaar 2019-2020). Het project Klimaatbeleid voor lange termijn sluit aan op de ‘Langetermijnstrategie Klimaat’ die door het ministerie van Economische Zaken en Klimaat op 25 november 2019 is aangeboden aan de Tweede Kamer.

Publicaties en activiteiten

Eerdere publicaties rondom dit onderwerp