Het Betere Werk - de eerste ontvangst

Deze minidocumentaire geeft beknopt weer wat er in het rapport 'Het Betere Werk, de nieuwe maatschappelijke opdracht' van de WRR onderzocht is en hoe het rapport ontvangen is. Er wordt toegelicht waarom goed werk van belang is en waarom het de aandacht verdient. 

Voice-over: De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid deed onderzoek naar de kwaliteit van werk in Nederland. De analyse en aanbevelingen staan in het rapport 'Het betere werk', dat begin 2020 aan minister Koolmees is aangeboden.

Presentatrice: Deelt u de analyse? Wouter Koolmees: Het is 300 pagina's. Ik heb ze niet helemaal gelezen, maar de hoofdlijnen van de analyse deel ik wel.

Presentatrice: Ja.

Monique Kremer: Het rapport is positief ontvangen in de media, sociale partners en ook in de politiek is er veel aandacht geweest. Wat vooral leuk is, is dat mensen in het land het rapport ook herkennen. De vrachtwagenchauffeurs, verzorgend personeel: zij zeiden: 'Ja dat klopt. Zo gaat dat op mijn werk.'

Godfried Engbersen: In de afgelopen jaren werd, volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek, meer gestaakt dan in 30 jaar is voorgekomen. Natuurlijk ging het over het verhogen van de lonen, maar het ging ook om meer vaste banen, over werkdruk, over het combineren van werk en privŽ, over professionals die op een respectvolle manier willen worden behandeld en over het recht om onbereikbaar te zijn.

Voice-over: Naast veelbesproken thema's, brengen de onderzoeksresultaten ook nieuwe onderwerpen naar voren.

Wouter Koolmees: Vorige week waren de onderzoekers bij mij op bezoek en ik moet eerlijk zeggen dat de autonomie-kant een relatief nieuwe lood in de discussie is. Voor dat aspect is politiek en maatschappelijk te weinig aandacht geweest de afgelopen jaren. In die zin is dat wel een vernieuwend onderdeel van de analyse. Voice-over: Er wordt ook positief gereageerd op de aanbevelingen.

Mari‘tte Hamer: Ik hoorde de minister net kort zeggen dat het nog 10 jaar gaat duren, voordat we iets gedaan hebben. Maar ik denk dat er een heleboel dingen zijn waar we morgen mee kunnen beginnen.

Monique Kremer: Veel mensen en organisaties zijn er al mee aan de slag gegaan en we hopen dat we daar in de toekomst de resultaten van zullen gaan zien. We zijn heel blij dat een van de aanbevelingen meteen is opgevolgd. Dat is dat de kwaliteit van het werk een onderdeel wordt van de Monitor Brede Welvaart.

Voice-over: Hiermee komt de ontwikkeling van het betere werk blijvend op de agenda. En dat is hard nodig.

Robert Went: Er moet systematisch aandacht besteed gaan worden aan de kwaliteit van werk, adviseert het WRR. Dat is iets wat veelvormig is. Dat is niet ŽŽn maatregel, drie subsidies, vijf ambtenaren op een ministerie en het is geregeld. Nee, dat is een veelheid aan dingen die gedaan moeten worden. Want de bedrijven zijn ook heel verschillend. Ze hebben ook verschillende behoeften.

Voice-over: De aanbevelingen zijn gericht op goed werk voor iedereen. Daarvoor werd gekeken naar grip op geld, grip op werk en grip op het leven. Grip op geld, zodat je voldoende zekerheid hebt. Grip op werk, waar je een zekere vrijheid hebt, waarbij een beroep wordt gedaan op onze capaciteiten en goede sociale relaties worden onderhouden. En grip op het leven, waar voldoende tijd en ruimte is om het werk te combineren met zorgtaken en een priveleven. Het rapport werd geschreven in economische hoogtijdagen. Maar gaan die adviezen nog wel op, ten tijde van de corona-crisis?

Monique Kremer: Juist nu is het rapport heel erg van belang. Dus dat flexwerkers en ZZP-ers ook zekerheid hebben. We zien ook dat er veel aandacht is voor deze kwetsbare groepen en dat zekerheid voor iedereen op de agenda zou moeten staan. Grip op werk is cruciaal. We merken dat technologie ons enorm kan helpen. We vergaderen allemaal online en het helpt ons om thuis te kunnen werken. Maar we merken ook dat fysieke nabijheid heel erg belangrijk is en dat technologie dat niet kan vervangen. We zien dat bij heel veel vitale beroepen, dat gaat dan om mensen die werken in de logistiek, de leerkrachten in het basisonderwijs, het zorgpersoneel, dat zij heel weinig grip hebben op het werk.

Huyen (woonbegeleider): Je staat alleen op de groep van acht personen. Dus je hebt niet altijd de tijd om iedereen uitgebreid de aandacht en tijd te geven die ze verdienen.

Livia (huisarts): Er zijn heel veel burn-outs bij huisartsen. En ook bij artsen in opleiding tot specialist.

Monique Kremer: Publieke professionals die trekken aan het kortste eind, als het gaat om zeggenschap over je werk. Wij hopen dat de grip op het werk voor de publieke professionals ook na de corona-crisis op de agenda zal blijven staan. We begrijpen allemaal hoe belangrijk het is om grip op het leven te hebben. Thuiswerken lukt wel, maar het is alleen fijn als je ook de keuze hebt om wel naar je werk te gaan. Tenslotte is het van groot belang dat we veel aandacht besteden aan het begeleiden van mensen naar werk en zorgen dat mensen werk behouden.

Voice-over: Nederland besteedt heel weinig geld aan actief arbeidsmarktbeleid. Zeker in vergelijking tot andere Europese landen. Juist nu in deze tijd, tijdens de corona-crisis, zal het helpen van mensen naar werk belangrijker zijn dan ooit. Technologie kan daarbij een belangrijke rol spelen. De ontwikkeling van het betere werk blijft dus op de agenda staan. Nu en in de toekomst.