Workshop Migration diversity tijdens IMISCOE-conferentie

Begin juli organiseerde de WRR de workshop Migration diversity & social cohesion: Authors meet critics. De workshop was onderdeel van de jaarlijkse IMISCOE-conferentie van onderzoekers op het terrein van migratie en integratie. In deze workshop stond het boek Migration diversity and social cohesion: Reassessing the Dutch policy agenda centraal. Dit is de Springeruitgave van het WRR-rapport ‘Samenleven in verscheidenheid: Beleid voor de migratiesamenleving’.

Na een introductie door WRR-raadslid Godfried Engbersen en wetenschappelijk medewerker Roel Jennissen reflecteerden drie experts op het boek: Özge Bilgili (Universiteit Utrecht), Dirk Geldof (Universiteit Antwerpen) en Aleksandra Grzymała-Kazłowska (Universiteit van Warschau). De vier criticasters hadden naar eigen zeggen veel van het boek opgestoken en waren gecharmeerd van de gebruikte methode om diversiteit te meten. De WRR gebruikte hiervoor een, ‘kleurenblinde’ op achttien groepen gebaseerde, Herfindahl-Hirschman Index.

Uiteraard was er ook (opbouwende) kritiek. De discussie die wellicht het meeste stof deed opwaaien was die over waarom de WRR ‘migratiediversiteit’ hanteert in plaats van het in de sociale wetenschap meer gangbare ‘superdiversiteit’. Voor de auteurs was deze discussie een mooie gelegenheid om een misverstand op te helderen dat ze al vaker waren tegengekomen. Het boek gaat namelijk niet alleen over de superdiverse wijken in de grote steden in het westen van Nederland, maar over heel Nederland. Net zo goed komen etnisch nog zeer homogene gemeenten zoals Grootegast, Staphorst en Urk, en over alles wat daar tussen ligt, aan bod. Speciale aandacht heeft de WRR daarbij voor de zogenoemde ‘nieuwe diversiteit’, bijvoorbeeld in expatgemeenten als Wassenaar, Amstelveen en Veldhoven of tuinbouwgemeenten als Westland en Horst aan de Maas.