Markt, overheid en maatschappelijke opgaven

Voor belangrijke onderdelen van vitale infrastructuren, zoals energie of de digitale infrastructuur, zijn we als samenleving afhankelijk van een beperkt aantal mondiaal opererende bedrijven. Deze onderdelen worden vaak in lange, complexe en mondiale ketens geproduceerd, waarbij specifieke schakels zeer geconcentreerd kunnen zijn in bepaalde landen en bij specifieke bedrijven. Bekende voorbeelden zijn de productie van chips, waarin het Taiwanese TSMC dominant is, en de productie van zonnepanelen, die wordt gedomineerd door een aantal Chinese bedrijven.

Rond deze cruciale schakels vindt een innovatierace plaats om marktaandeel te behouden en te winnen. Het verwerven van een dominante positie gaat niet alleen om marktmacht, maar vertaalt zich ook in geopolitieke macht. Dit heeft, onder de noemer van het streven naar strategische autonomie, geleid tot intense beleidscompetitie tussen landen. Zo geven de Verenigde Staten en China honderden miljarden uit aan het verder ontwikkelen van de eigen batterij- en chipsindustrieën. Markt- en beleidscompetitie raken sterk vervlochten.

In dit project onderzoekt de WRR wat de reactie van Nederland op deze slag om strategische autonomie zou moeten zijn en in welke mate deze ontwikkelingen vragen om een nieuwe balans tussen markt en overheid. Daarbij wordt het Europese bestuurlijke niveau expliciet meegenomen, omdat, gegeven de benodigde schaal, daar een belangrijk deel van het antwoord zal moeten worden gevonden. Dit onderzoek komt voort uit een Kamermotie.