Bijeenkomst over demografie van Afrika

Op 19 mei organiseerde de WRR een bijeenkomst over de relatie tussen demografische ontwikkelingen in Afrika en ontwikkelingsvraagstukken. We blikken terug met Roel Jennissen, senior onderzoeker van de projectgroep Nederland in een krimpende en vergrijzende wereld en mede-organisator van de bijeenkomst.

Wat was de aanleiding voor deze bijeenkomst over de demografie van Afrika?

De projectgroep onderzoekt de gevolgen voor Nederland van de grote demografische veranderingen in het buitenland. Deze demografische veranderingen in de rest van Europa en wereldwijd gaan we ook in Nederland voelen, maar het thema staat hier nog nauwelijks op de radar. In het kader van dit project heeft Jakkie Cilliers, de oprichter en voormalig directeur van ISS Africa, een working paper geschreven dat zich specifiek richt op toekomstige demografische veranderingen in Afrika: ‘Advancing and Capitalising on Africa’s Future Demographic Dividend’). We vonden dit een goede aanleiding om er een bijeenkomst aan te wijden. De auteur presenteerde zijn bevindingen en daarna vond een discussie plaats met andere wetenschappers en medewerkers van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Waarom is Afrika van belang voor jullie advies?

We zien wereldwijd dat de bevolking in veel landen de komende decennia gaat vergrijzen en vaak ook krimpen. Dat gaat grote gevolgen krijgen voor bijvoorbeeld de arbeidsmarkt en migratiestromen, maar ook voor handelspatronen. Afrika is een uitzondering: de bevolking is daar juist zeer jong. Over een aantal decennia, als de daling in de geboortecijfers doorzet, beschikt het continent, met name het deel ten zuiden van de Sahara, over - zoals wij dat noemen - demografisch dividend. Dit houdt in dat de beroepsbevolking relatief groot is ten opzichte van de totale bevolking. Op onze bijeenkomst stond centraal hoe Afrikaanse landen dit demografisch dividend kunnen benutten. Hoe kunnen ze ervoor zorgen dat ze de kansen die de demografie biedt ook echt in welvaart omzetten?

Wat maakt demografie tot een interessante overweging voor beleid?

Het mooie van demografie is de voorspelbaarheid. Gebaseerd op de geboorte- en sterftecijfers weten we al hoe de bevolkingssamenstelling van een land er over bijvoorbeeld dertig jaar ongeveer uitziet. En die bewegingen zijn momenteel heel groot. De beroepsbevolking van China krimpt de komende decennia met ongeveer 300 miljoen mensen, dat is net zoveel als de beroepsbevolking van de hele Europese Unie. De beroepsbevolking van India daarentegen zal tot 2050 met ongeveer 120 miljoen personen groeien tot ruim 1,1 miljard potentiële arbeidskrachten. Dit heeft enorme gevolgen voor de wereldeconomie en handels- en migratiestromen.

In Afrika zien we over de brede linie juist een hoge zogeheten groene druk. Dat betekent dat het aandeel jongeren in de bevolking heel hoog is – in sommige landen is nog steeds meer dan de helft van de bevolking jonger dan 18 jaar. Omdat het aantal kinderen per vrouw daalt, gaat dat verschuiven en zal Sub-Sahara-Afrika in de tweede helft van deze eeuw een relatief grotere beroepsbevolking krijgen dan andere delen van de wereld. Die demografische transitie zie je nu al, maar de snelheid waarmee dat gebeurt, varieert enorm. Zo daalt in landen als Niger, Tsjaad, DR Congo, Somalië en Mali het geboortecijfer al, maar ligt het nog wel boven de vijf kinderen per vrouw. Dat geeft ook uitdagingen: de sterk groeiende bevolking vraagt veel van de infrastructuur en de gezondheidszorg.

Hoe kunnen Afrikaanse landen zich voorbereiden?

Om het demografisch dividend te benutten is het belangrijk dat de bevolking gezond is, de juiste vaardigheden heeft en dat er banen zijn. Dat vergt goede, toegankelijke zorg en onderwijs, en investeringen in bijvoorbeeld infrastructuur. De auteur van het working paper heeft in kaart gebracht wat er zou gebeuren als de best practices uit vergelijkbare landen overal in Afrika doorgevoerd zouden worden, bijvoorbeeld de toegang tot schoon drinkwater in Kenia of de verbeterde reproductieve gezondheidszorg in Rwanda. De demografische transitie naar lagere sterfte- en geboortecijfers zou zich dan sneller en met meer impact voltrekken, waardoor sneller een groter demografisch dividend ontstaat. Ook zou het demografisch dividend dan veel beter tot zijn recht komen. Dat is goed voor de welvaart. Sub-Sahara zou door deze demo-economische ontwikkelingen in een opgaande spiraal terecht kunnen komen, waar de demografische verandering leidt tot meer welvaart en de welvaartstijging de demografische transitie aanjaagt.